We Deden Maar Wat (een WDMW’tje)!

Door: Michiel van Mens – oprichter GSCF

Ach….., we deden maar wat. Maar dat dan weer wel met enthousiasme en overgave! Of, om een uitspraak van Pipi Langkous te gebruiken: “Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan”.

Als dit een succesvolle ‘strategie’ zou zijn, dan had ik tijdens mijn studie Bedrijfskunde er vast en zeker wel iets over gehoord. Inmiddels ben ik 3e jaar student als ik aan het festival begin. Ik miste het enthousiasme en overgave van de dames en heren docenten en professoren. Dus deed ik ‘mijn’ studie er vooral ‘naast’. Zoals de meeste studenten een bestuur of activiteit naast hun studie doen. Ik had een idee, polste wat studenten en zo zijn we begonnen. Meer niet.

Ik vraag mij wel eens af, zou dit anno nu ook nog kunnen? Ik twijfel. In ‘mijn’ tijd had je geen PowerPoint of Excel. Het voordeel was weer wel dat wij geen powerpoint-presentaties hoefde te maken. En ook geen Excel-modellen om tal van business-cases door te rekenen. Dat scheelt een hoop tijd. Tijd dat je in veel zinvollere activiteiten kan  stoppen. Praten en zo! Heel veel praten.

Ik vraag mij wel eens af, zou dit vandaag de dag nog steeds kunnen? Dat je de Stadsschouwburg opbelt. Omdat je een afspraak wil met de directeur (in mijn tijd Jacques van Veen). En daar ga je dan met een paar mede-bestuursleden naar toe. Zonder een powerpoint-presentatie met vergezichten en ‘punten op de horizon’. En daar vertel je dan dat wij een cabaretfestival gaan organiseren. Maar dan alleen voor studenten. En dat verder niemand anders welkom is.  En dat wij daarvoor de kleine zaal van de Oosterpoort nodig hebben. Drie dagen lang! (Het werden er twee) O ja, er is geen geld, de kaartverkoop start pas volgend jaar.

Zou dat nog steeds lukken? Dat je een vestiging van de grootste bank van Nederland binnenloopt voor een afspraak met de directeur. Dat zij een cabaretfestival gaan sponsoren! Of het een succes wordt? Nou, dat hoop je natuurlijk van wel. Het enige dat je meeneemt zijn een paar A4’tjes. Daar heeft een mede-bestuurslid met stiften verschillende ‘visuals’ op getekend. Hoe het logo van deze bank er op het affiche van ons festival komt uit te zien. Maar als ze het anders willen, kan dat natuurlijk ook.

Wat denk je, gaat dat vandaag de dag nog steeds zo? Dat je tegen de directie van de Stadsschouwburg zegt dat je de kaartverkoop liever zelf wil organiseren. Jij weet tenslotte beter waar studenten uithangen. En dus, waar moet je zijn om die kaartjes te verkopen. Niet overdag natuurlijk, zeg je met een knipoog tegen de directeur. En dat ze je dan 100 rollen met toegangskaarten meegeven, goed voor een heel seizoen aan uitverkochte zalen. Dat achteraf blijkt dat er te veel kaarten zijn verkocht. (tja…geen Excel he….) Dat er elke avond van het festival te veel studenten naar binnen gaan.  Die dan maar op de trappen gaan zitten. Dat dit helemaal niet mag van de politie. Maar ja, er is nu toch niks meer aan te doen.

Kan dat nog steeds? Dat de hoofdredacteur van de Universiteit Krant opbelt. Met de vraag of ze over dit festival een bijlage mogen maken. Dat je daar geen bezwaar tegen hebt. En dat die bijlage uitkomt een week voordat de kaartverkoop start.

Dat er toen geen verstandige mensen rondliepen? Mensen die het beste met je voor hebben. Aardige mensen die het eerste bestuur deze onzin uit het hoofd kan praten. Tegen ons zelf in bescherming wil nemen? Deze aanpak kan niet werken. Want als het wel zo werkt….. tja, dan had ik er tijdens mijn studie Bedrijfskunde toch vast en zeker wel iets over gehoord?  Dan hadden de dames en heren docenten en professoren er ons wel iets over verteld. Dat je geen organigram nodig hebt om succesvol te zijn. Een paar kleurstiften en een leuk idee is soms meer dan voldoende. Dat je heel veel moet praten. En dromen. Het liefste een combinatie van deze ingrediënten.

Na al die jaren twijfel ik nog steeds. Waarom lukte het wel? Is het omdat het eerste bestuur is geholpen door geweldige mensen die wel wiste waar ze het over hadden? Is het omdat er een tweede bestuur kwam? En een derde, vierde en vijfde…..Of, en dat is niet denkbeeldig, dat er in mijn  tijd door de dames en heren professoren van de faculteit Bedrijfskunde vooral in de ‘verleden tijd’ is gesproken. Wat ook weer niet zo vreemd is voor een universiteit! Maar daar heb je soms niet heel veel aan. En ook niet al die jaren na je studie!

Ik hoop dan ook dat het curriculum van ‘mijn’ studie inmiddels is aangepast. En zo niet,…. dan wil ik je zeggen: doe maar wat! Maar doe het wel met overgave en enthousiasme!  Ik ga er morgen nog een boek over schrijven: “Trial & Error: your roadmap to succes”

Groet,

Michiel